Osteopathie bij baby's

400

In ons centrum Medifit heeft osteopaat Geert Baert de specialisatie voor het behandelen van baby's gevolgd in België (Fico), Nederland (Panta Rhei) , Engeland (Tradional Osteopathic Studies) en Verenigde Staten Ashland, Oregon (J.Jealous) . Nog steeds wordt deze know-how onderhouden door postgraduaat cursussen in binnen- en buitenland .


In de geneeskunde is het een gouden regel dat het kind geen kleine volwassene is. Dit geldt natuurlijk ook in de osteopathie! Kinderen ontwikkelen zich op allerlei vlakken. Ze groeien, hun spraak en motoriek ontwikkelt zich en als persoon vormen zij zich meer en meer. Al deze aspecten maken dat ieder kind een unieke benadering vergt. Als er een bepaalde problematiek optreedt in één van de aspecten van het ontwikkelen heeft dit invloed op de totale ontwikkeling van het kind. Ook zijn er specifieke kinderziekten en aandoeningen.

Indicaties voor baby’s

400
  • Meer dan drie uren per dag huilen
  • Een kale plek op het hoofd en/of afplatting van het hoofd doordat de baby dezelfde houding aanneemt
  • Asymmetrie van de schedel of van het lichaam asymmetrische heupontwikkeling
  • Asymmetrisch bewegen van armen of benen
  • Één kant van het lichaam negeren
  • Evenwichtsproblemen
  • Overstrekken, krampachtige manier van doen, niet willen geknuffeld worden
  • Problemen bij het voeden
  • Slik- of zuigproblemen
  • Het hoofdje niet kunnen rechthouden
  • Extreem protest, huilen bij het aan- of uitkleden door een gevoelig nekje of schedelbasis
  • Steeds naar de oren pakken
  • Problemen met de stoelgang
  • Maagkrampjes, reflux (spugen)
  • Hoofdpijn
  • Buikpijn
  • Immuniteitsproblemen, afweerstoornissen
  • Ademhalingsklachten, recidiverende longklachten
  • Ontwikkelingsretardatie


Vaak wordt gezegd dat deze symptomen verdwijnen als de baby ouder wordt. Soms verdwijnen ze om zich op latere leeftijd weer te openbaren. Wanneer de bewegingsproblematiek van de nek en/of schedel niet verholpen wordt, kan dit zich later op de volgende wijze uiten:

400
  • Moeilijkheden met praten
  • Evenwichtsproblemen
  • Grove en fijne motoriek ontwikkelen zich heel traag
  • Niet willen/kunnen kruipen en deze belangrijke fase van de motorische ontwikkeling overslaan
  • Steeds willen staan maar heel laattijdig lopen
  • Snel vermoeid zijn
  • Snel kwaad of hysterisch worden, woedeaanvallen
  • Al snel klagen van hoofdpijn en/of buikpijn
  • Onrustig zijn